Kant-en-klare NAS-systemen kun je natuurlijk zo kopen. Maar het is natuurlijk veel leuker – en een stuk goedkoper – om er zelf een te maken van je Raspberry Pi. Dankzij openmediavault is dat gelukkig helemaal niet moeilijk. Bijkomend voordeel is dat je een open systeem hebt, dat je helemaal naar eigen wens kunt aanpassen. Een BitTorrent client erbij? Geen probleem!
Auteur: Serge Gielkens
Onlangs is de Raspberry Pi 4 verschenen. Vergeleken met de Pi 3 is de nieuwe versie er qua performance flink op vooruit gegaan. Met name de USB 3 poorten en een volwaardige gigabitverbinding maken de Raspberry Pi 4 bij uitstek geschikt voor je NAS. Openmediavault ondersteunt de Pi 4 nog niet, maar er wordt hard aan gewerkt. De eerste beta-versie 5 is inmiddels al beschikbaar.
In dit artikel gebruiken we de stabiele versie 4 van openmediavault op een Raspberry Pi 3. Je bent dan echter wel beperkt door de USB 2 poorten. De ethernetverbinding is bovendien gedeeld met deze USB-poorten. Daardoor haal je in de praktijk maximaal zo’n 20 MB/s. Het netwerkverkeer over WiFi laten lopen is natuurlijk mogelijk, maar verwacht dan geen constante hoge snelheden. Gebruik voor de zekerheid externe disks met een eigen voeding. De stroomvoorziening via de USB-poorten van het bordje is namelijk beperkt.
Voor de Raspberry Pi vind je via de site van openmediavault het juiste image-bestand. Daarop staat het Armbian besturingssysteem, compleet met de NAS software. Steek het microSD-kaartje in de pc en download versie 4 van openmediavault. Het bestand is gecomprimeerd met xz. Met Etcher zet je dat makkelijk op het microSD-kaartje (zie afbeelding 1). Eerst decomprimeren is hierbij niet nodig, want Etcher kan zelf met het xz-formaat overweg.
Etcher levert zowel rpm als deb pakketten. Gebruik die pakketten om de tool te installeren. In een heel overzichtelijk venster zie je drie icoontjes op rij. Gebruik de eerste om het gedownloade image bestand te selecteren. Etcher detecteert automatisch je microSD-kaartje. Dat zie je bij het middelste icoontje staan. Klik op het laatste icoontje Flash! om het kopiëren te starten. Je ziet nu de voortgang. Wacht hierbij totdat de melding Unmounting verdwenen is, anders loop je de kans dat het kopiëren niet volledig is afgerond.
Schuif het microSD-kaartje in de houder van je Rasberry Pi, maar schakel de voeding nog niet in. Bij de eerste boot rondt openmediavault de installatie af. Hij voert onder andere een volledige update uit. Hiervoor is toegang tot internet absoluut nodig. Zo niet, dan raakt je openmediavault installatie corrupt. Verbind daarom het bordje met een ethernetkabel aan je netwerk. Hoewel niet per se nodig, is het handig om voor deze eerste boot een scherm aan de Raspberry Pi te koppelen. De update duurt namelijk vrij lang, soms wel meer dan 10 minuten. Door het scherm heb je zicht op wat er gebeurt. Schakel nu pas de voeding in.
Tijdens de automatische update kun je niet inloggen. Wacht gewoon totdat openmediavault een reboot uitvoert. Dan verschijnt op het scherm een inlogprompt samen met het IP-adres dat openmediavault heeft gekregen van de DHCP-server op je router. Gebruik dit adres, of de standaard hostnaam raspberrypi, in de browser van je pc.
Op de webinterface log je in met de gebruikersnaam admin en het wachtwoord openmediavault. Nu ben je op het dashboard van openmediavault. Rechts zie je welke services actief zijn, onder andere Apple Filing. Dat is een netwerkprotocol van Apple en heette vroeger AppleTalk. Je ziet trouwens dat deze service wel draait, maar toch niet Enabled is. Zo’n service werkt dan niet via systemd, maar nog met de klassieke init scripts. Onder deze lijst met services zie je wat elementaire systeeminformatie, waaronder het processor- en geheugengebruik.
Meer informatie vind je links in het menu bij Diagnostics -> System Information (zie afbeelding 2). Onder het tabblad Performance statistics toont openmediavault grafieken, maar die krijgen nu nog geen input. Om dat te activeren ga je naar System -> Monitoring en klik je op Enable. Klik op Save om de nieuwe configuratie op te slaan. Na enkele tellen verschijnt een amberkleurige meldingsbalk. Pas als je hier op Apply klikt, wordt de aanpassing daadwerkelijk actief. Deze tweetrapsconstructie kom je vrijwel overal tegen in de webinterface. Zodoende kun je meerdere aanpassingen in één keer activeren.
Voor de veiligheid is het raadzaam om meteen het standaard wachtwoord te veranderen. Ga bovenin naar System -> General Settings en kies hier het tabblad Web Administrator Password. Vul hier je nieuwe wachtwoord in. Na vijf minuten niets doen, logt openmediavault je automatisch uit onder de nogal intimiderende melding Software failure. Als je die vijf minuten te kort vindt, pas je dat aan in het tabblad Web Administration bij Auto logout.
Ongebruikte services kun je het beste deactiveren. Dat doe je via het menu Services. In geval van een service met init scripts moet je dat vreemd genoeg in twee stappen doen. Om Apple Filing bijvoorbeeld volledig te deactiveren, klik je eerst op Enable, zodat het schakelaartje groen wordt. Klik dan boven op Save. Klik nu nogmaals op Enable, zodat de schakelaar weer grijs wordt. Klik weer op Save en tot slot op Apply.
Koppel je USB-disk aan de Raspberry Pi en ga naar Storage -> Disks. Samen met het SD-kaartje zie je hier dan je harde schijf staan. Zo niet, klik dan boven op Scan om te forceren dat openmediavault naar nieuwe disks zoekt. Gebruik Wipe om nog aanwezige data op je schijf volledig te wissen. Je krijgt hierbij de keuze uit twee opties. Quick volstaat normaal gesproken. Hierbij worden binaire nullen naar de schijf weggeschreven. Als je volledig op safe wilt spelen, gebruik dan Secure, maar houd er rekening mee dat dat lang duurt.
Om partities aan te maken gebruik je Storage -> File Systems. Klik hier linksboven op Create. Selecteer in het pop-up venster bij Device je USB-disk. Een label is niet nodig, maar maakt het identificeren van je bestandssysteem wel makkelijker. Standaard gebruikt openmediavault het ext4 bestandssysteem. Dit voldoet prima, maar prefereer je bijvoorbeeld Btrfs, maak dan je keuze bij File system. Klik tenslotte op OK en bevestig met Yes bij de waarschuwing dat alle data verwijderd worden.
In een pop-up scherm zie je nu de voortgang. Klik daar tot slot op Close om weer terug te keren naar het menu. Wacht totdat hier de status van je disk van Initializing in Online is veranderd. Merk op dat je per disk maar één partitie kunt aanmaken. Die is zo groot als de hele disk. De knop Resize bovenaan is alleen bedoeld om een bestandssysteem groter te maken. Dat is bijvoorbeeld nodig als je RAID gebruikt en daar een disk aan toevoegt.
Maak nu dit bestandssysteem beschikbaar voor je NAS. Selecteer daarvoor de partitie en klik boven op Mount. Vervolgens maken we hierop een gedeelde map aan. Ga naar Access Rights Management -> Shared Folders. Klik linksboven op Add. Geef in het pop-up scherm een naam, bijvoorbeeld mijn_map. Kies bij Device het gemounte bestandssysteem. Bij Permissions veranderen we niks. Dat betekent dat behalve de administrator ook de groep users mag lezen en schrijven. Anderen hebben alleen leesrechten.
Nu stellen we deze gedeelde map binnen het netwerk beschikbaar via NFS. Activeer allereerst deze service via Services -> NFS door op Enable te klikken. Vergeet niet om daarna op Save te drukken. Ga vervolgens naar het tabblad Shares en klik op Add linksboven. Kies in het pop-up scherm bij Shared folder mijn_map. Standaard mag een NFS client alleen lezen. Hiermee verhindert de NFS server elke schrijfactie, ongeacht de rechten die je hierboven voor de gedeelde map hebt gebruikt. Om die rechten wel te laten gelden, kies je bij Privilege de optie Read/Write.
Door via Access Rights Management -> User gebruikers op te voeren zijn ze automatisch lid van de groep users. Maar als het zogeheten uid op je pc verschilt met dat op de NAS, heb je alsnog geen schrijfrechten. Het uid vind je overigens met het commando id. Makkelijker is om nu het volgende bij Extra options toe te voegen:
,all_squash,anongid=100
Let hierbij op de eerste komma! Hierdoor doet de NFS server alsof je groepsnummer 100 hebt. Dat is het nummer van de groep users. Klik onder op Save en mount de gedeelde map als volgt op je pc:
sudo mount -t nfs raspberrypi:/mijn_map </mijn/lokale/doelmap>
Jouw externe USB-disk is nu klaar voor gebruik via je Raspberry Pi.
Via het menu System -> Plugins vind je een hele serie uitbreidingen (zie afbeelding 3). Wil je bijvoorbeeld wel FTP gebruiken, maar dan de veilige variant? Installeer dan de SFTP plug-in om bestanden beveiligd met SSH over te zetten. Om van je NAS een mediaspeler te maken, gebruik je de miniDLNA plug-in. Vind je het handig om je Torrent downloads direct via je NAS beschikbaar te hebben? Dan heb je de Transmission plug-in nodig.
Naast de standaard plug-ins zijn er nog enkele andere repositories beschikbaar. Die activeer je via System -> OMV-Extras. Om bijvoorbeeld de Plex Media Server te installeren, selecteer je eerst de betreffende repository. Klik vervolgens op Edit. In het pop-up scherm klik je op Enable en vervolgens beneden op Save. Je keert nu terug naar het menu. Hier klik je bovenin op Update, zodat openmediavault de informatie van de extra plug-ins ophaalt. Nu vind je Plex bij System -> Plugins en is het klaar om geïnstalleerd te worden.
Als je zonder veel gedoe je eigen NAS wilt bouwen, dan is openmediavault een echte aanrader. De webinterface maakt het beheer intuïtief en in een mum van tijd heb je van je Raspberry Pi een heuse NAS gemaakt. En met diezelfde interface breid je moeiteloos de functionaliteit uit om bijvoorbeeld je bestanden meteen als multimedia in je thuisnetwerk te streamen.